Juridisch

Samenwonen & Erfrecht - Waar heeft uw partner recht op?

|

Het aantal huwelijken in onze huidige maatschappij neemt af en de ongehuwde samenlevingsvormen winnen aan belang. Maar wat erft de partner waarmee u ongehuwd samenwoont, en hoe beschermt u hem of haar bij uw overlijden?

Volgens de huidige Belgische wetgeving kan een koppel1 in België onder drie vormen samenwonen2: feitelijk, wettelijk of binnen het huwelijk. Gehuwden genieten via het huwelijksvermogensrecht en een eventueel gemeenschappelijk vermogen over meer ingebouwde solidariteit. We concentreren ons in dit artikel op het statuut van de feitelijke en de wettelijke samenwoning, en de erfaanspraken van de langstlevende samenwonende partner.

De feitelijke samenwoning

Feitelijk samenwonen is een informeel gebeuren waarbij twee of meer personen beslissen om samen te wonen. Het feitelijk samenwonen kan onder meer bewezen worden met een uittreksel uit het bevolkingsregister waaruit de domiciliëring op hetzelfde adres blijkt. De inschrijving in het register geldt als een weerlegbaar vermoeden van samenwonen. Ook personen met familiale banden en personen die geen affectieve relatie hebben, kunnen feitelijk samenwonen. De feitelijke samenwoning houdt eenvoudigweg op zodra de partners niet meer op hetzelfde adres wonen.

De feitelijke samenwoning brengt geen persoonsrechtelijke gevolgen met zich mee. Er bestaat dus onder meer geen wettelijke hulpplicht, er is geen samenwoningsplicht en er geldt geen getrouwheidsplicht tussen de feitelijk samenwonenden. In tegenstelling tot de wettelijke samenwoning (zie verder) zijn er evenmin wettelijke regels die vermogensrechtelijke gevolgen verbinden aan de feitelijke samenwoning. Zo blijft iedere partner eigenaar van de goederen die hij bezat vóór de samenwoning en blijven goederen die tijdens de samenwoning in eigen naam verkregen worden, eigen. Wie beweert eigenaar te zijn van een goed, moet daarvan wel het bewijs leveren. Voor roerende goederen wordt dan ook best een beschrijving opgemaakt om latere discussies te vermijden. Want als het eigendomsrecht van één van de partners niet kan bewezen worden, wordt het goed geacht onverdeeld toe te behoren aan beide partners. Feitelijk samenwonenden kunnen ook een (notarieel of onderhands) samenwoningscontract opmaken waarin zij de vermogensrechtelijke gevolgen van de samenwoning (en de eventuele beëindiging daarvan) vastleggen.

Wie samenwoont met zijn of haar partner en niet gehuwd is, wordt in ons recht niet automatisch beschermd.

Wanneer één van de feitelijk samenwonende partners overlijdt, heeft de langstlevende feitelijk samenwonende partner geen automatisch erfrecht tenzij uiteraard op grond van verwantschap. Behoudens afwijkende bepalingen (bijvoorbeeld in een testament) erven de kinderen3 dan samen de volle eigendom van de goederen die deel uitmaken van de nalatenschap, eenieder voor een gelijk deel (= wettelijke vererving). Wie dus iets wil nalaten aan de partner met wie hij of zij feitelijk samenwoont, is dan ook verplicht om tijdens zijn leven één of meerdere schenkingen4 te doen of een testament5 op te stellen in het voordeel van deze partner. Wie één of meerdere kinderen nalaat zal ook rekening moeten houden met hun reserve6.

1 Met een koppel wordt hier bedoeld: twee personen, ongeacht hun geslacht, die omwille van een persoonlijke, emotionele band, bij mekaar wensen te horen.
2 Samenwonen betekent hier: in eenzelfde woning gehuisvest zijn, een gezamenlijke huishouding voeren (de kosten van huisvesting, voeding, gezondheidszorg, vrijetijdsbesteding enz. delen) en solidariteit tonen.
3 Of andere erfgenamen afhankelijk van de situatie. De wet bepaalt dan aan wie en voor welk deel de nalatenschap vervalt.
4 In tegenstelling tot een schenking tussen echtgenoten die buiten het huwelijkscontract wordt gedaan, zijn schenkingen tussen feitelijk en wettelijk samenwonenden altijd onherroepelijk.
5 Daarnaast kan de langstlevende feitelijk samenwonende partner nog voordelen bekomen op grond van een contract: contract van aanwas, levensverzekeringscontract, enz.
6 Kinderen hebben samen steeds recht op de helft van de rekenboedel (voorheen ‘fictieve massa’ genoemd) in volle eigendom. Deze omvat alle op het ogenblik van overlijden nagelaten goederen, verminderd met de schulden van de nalatenschap en verhoogd met alle tijdens het leven gedane - en desgevallend geïndexeerde of geherwaardeerde - schenkingen. Bij overschrijding van deze helft kunnen de kinderen (of één van hen) de inkorting vorderen. Deze inkorting gebeurt echter niet van rechtswege.

06D16A92-84D3-41D2-BE1E-95F1E2A6E5FD 1

De wettelijke samenwoning

Onder wettelijk samenwonen verstaan we de toestand van samenleven van twee personen die een schriftelijke verklaring van wettelijke samenwoning afgelegd hebben bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van hun gemeenschappelijke woonplaats. De ambtenaar van de burgerlijke stand maakt melding van deze verklaring in het bevolkingsregister. Wettelijke samenwoning is enkel mogelijk tussen twee meerderjarige personen die niet gehuwd zijn of niet wettelijk samenwonen met iemand anders. Ook personen met familiale banden, personen van hetzelfde geslacht, evenals personen die geen affectieve relatie hebben, kunnen wettelijk samenwonen. De wettelijke samenwoning wordt automatisch beëindigd door het huwelijk of door het overlijden van één van de partners. Ze kan ook vrijwillig beëindigd worden door een gezamenlijke of eenzijdige verklaring.

Net als de feitelijke samenwoning brengt de wettelijke samenwoning geen persoonsrechtelijke gevolgen met zich mee, maar de wettelijke samenwoning heeft wel beperkte vermogensrechtelijke gevolgen. Zo moeten de wettelijk samenwonenden onder andere bijdragen in de lasten van het samenleven naar evenredigheid van hun mogelijkheden, kan de ene partner niet zonder de instemming van de andere beschikken over de gezinswoning en de huisraad, en kan de ene partner hoofdelijk worden aangesproken voor de betaling van de schulden die door de andere worden aangegaan ten behoeve van het samenleven en van de kinderen die door hen opgevoed worden (buitensporige schulden verbinden de andere partner daarentegen niet). De wettelijk samenwonenden kunnen hun samenwoning en de beëindiging ervan naar goeddunken regelen door middel van een overeenkomst.

De wettelijke samenwoning biedt een minimale bescherming aan de partners. Aan de feitelijke samenwoning zijn geen bijzondere rechten en verplichtingen verbonden

In tegenstelling tot de feitelijk samenwonenden, voorziet de wet wel een (beperkt) erfrecht voor wettelijk samenwonenden. Zonder afwijkende bepalingen (bijvoorbeeld testament) erft de langstlevende wettelijk samenwonende partner het vruchtgebruik op de gezinswoning7 en op de daar aanwezige huisraad. De kinderen8 van de overleden partner erven dan samen de blote eigendom van de gezinswoning en de huisraad, alsook de volle eigendom van de overige goederen die deel uitmaken van de nalatenschap van de overledene, eenieder voor een gelijk deel (= wettelijke vererving).

Het is belangrijk om op te merken dat het hier NIET gaat om een reservatair erfrecht. Dit betekent dat de eerststervende dit erfrecht tijdens zijn of haar leven aan de langstlevende kan ontnemen9. Bovendien kan dit recht aan bepaalde voorwaarden onderworpen worden of beperkt10 worden. Wil men meer dan het vruchtgebruik op de gezinswoning en de huisraad en/of andere goederen toewijzen aan de langstlevende wettelijk samenwonende partner, dan is het nodig om – net zoals feitelijk samenwonenden – een schenking te overwegen of een testament11 op te stellen in het voordeel van deze partner. Ook hier moet u rekening houden met de reservataire erfaanspraken van de kinderen.

 

7 Indien dit onroerend goed verhuurd is, verkrijgt de langstlevende partner, met uitsluiting van alle andere erfgenamen, het recht op de huur van de gezinswoning en het vruchtgebruik op de aanwezige huisraad.
8 Of andere erfgenamen afhankelijk van de situatie. De wet bepaalt dan aan wie en voor welk deel de nalatenschap vervalt.
9 Bijvoorbeeld door de aanstelling van een derde als algemeen legataris of door dit uitdrukkelijk zo te bepalen in een testament.
10 Zo kan bijvoorbeeld in een testament voorzien worden dat het vruchtgebruik beperkt is in tijd of dat het vruchtgebruik wel omzetbaar is.
11 Daarnaast kan de langstlevende wettelijk samenwonende partner nog voordelen bekomen op grond van een contract: contract van aanwas, levensverzekeringscontract, enz.

Conventioneel ingrijpen is dan een noodzaak

Indien wettelijk samenwonenden elkaar verdergaande aanspraken of indien feitelijk samenwonenden elkaar enige aanspraak willen geven in elkaars nalatenschap, dan moeten ze zelf actief stappen ondernemen om de langstlevende van hen te beschermen. Het testament is hierbij een eenvoudig en in de praktijk vaak gebruikt instrument (maar is steeds herroepelijk tijdens het leven van de erflater en binnen de grenzen van het beschikbaar deel). Maar zoals hoger reeds aangegeven, zijn ook schenkingen (altijd onherroepelijk tussen samenwonenden), contractuele bedingen van aanwas en tontine, levensverzekeringen en andere technieken mogelijk. Een contractuele erfstelling is daarentegen niet mogelijk tussen ongehuwde samenwonenden. Ook kan de langstlevende partner volledig onterfd worden want noch feitelijk noch wettelijk samenwonenden beschikken over reservataire erfaanspraken.

Besluit

Ongehuwde partners die samenwonen bevinden zich in een precaire situatie wanneer één van hen overlijdt. Indien zij geen afspraken hebben gemaakt of elkaar niet hebben begiftigd, kan de langstlevende van hen – in tegenstelling tot gehuwde partners – geen (in geval van feitelijke samenwoning) of slechts beperkte (in geval van wettelijke samenwoning) erfaanspraken laten gelden. De vraag of de langstlevende partner al dan niet van lage tarieven van de erfbelasting (successierecht) kan genieten, komt dan zelfs niet aan bod. Deze tarieven zijn slechts fiscale tarieven, en betekenen dus niet dat er automatisch erfrechtelijke aanspraken zijn. Sommige samenwonenden durven deze twee weleens te verwarren, met onaangename gevolgen als resultaat.

Ongehuwd samenwonenden genieten standaard geen (of zeer beperkte) erfaanspraken.

In een volgende editie leest u meer over de fiscale gevolgen van de samenwoning op het vlak van de schenk- en erfbelasting (schenkings- en successierecht). Op fiscaal vlak hanteren de gewesten verschillende definities voor de samenwonenden die van de lage tarieven kunnen genieten.

 

Zo blijft u altijd op de hoogte

Wilt u niets missen van onze beursanalyses, updates over de fiscale actualiteit en adviezen over juridische nieuwigheden? In onze kwartaalnieuwsbrief Delen Expertise brengen we al onze inzichten voor u samen in één handig overzicht, met video’s, artikels en interviews. Schrijf u in.