20251201_Na_de_uren_Header

Na de uren - passies van de Delen-collega's

  • 25 november 2025
  • Inspired
Dit artikel is onderdeel van ons magazine Delen Inspired volume 5.

Hobby’s openen onze geest voor creativiteit en verbondenheid. Dat weten Grégory, Théodore, Christian en Jean-Yves maar al te goed. Na hun werkdag bij Delen Private Bank richten ze zich helemaal op hun – toch wel opmerkelijke – passies. Met een fonkeling in de ogen vertellen ze ons hoe ze buiten de kantooruren hun artistieke, culturele en sportieve vleugels uitslaan. 

Tussen rap en improvisatie zit slechts één rijm 

Grégory Jaucot, relatiebeheerder in Waver, koesterde al vroeg een passie voor woorden: eerst via toneel, daarna via muziek en vervolgens tijdens zijn studies Romaanse filologie. Zijn passie voor de Franse taal leidde hem als vanzelf naar een unieke discipline: geïmproviseerde rap. “Voor mij is rap de muziekstijl die woorden het meeste tot hun recht laat komen. Improvisatie stelt me in staat om te reageren en rijmen te verzinnen op een willekeurig thema en een willekeurige beat”, legt hij enthousiast uit.

Op 17-jarige leeft ijd begint Grégory, gewapend met zelfgeschreven nummers, samen met zijn vrienden deel te nemen aan rapconcerten. Geleidelijk aan laat hij het schrijven achter zich om zich aan te sluiten bij End of the Weak, een hiphopplatform dat nationale en internationale wedstrijden organiseert. Hij waagt zich gaandeweg aan verschillende proeven: voorbereide nummers, totale improvisatie op basis van voorwerpen gevist uit een ‘freestyle bag’, een battle tegen een vierkoppig team of tegen een DJ die een instrumentaal nummer oplegt. Daarbij wordt de jonge rapfanaat beoordeeld op verschillende criteria, zoals de kwaliteit van zijn teksten, podiumprésence en zijn interactie met het publiek. Bij zijn derde deelname wordt Grégory Belgisch kampioen en eindigt hij als vierde in de wereldfinale. Enkele jaren later, in 2022, wordt hij uitgenodigd om te zetelen in de jury van diezelfde wereldfinale in New York. 

20251201_Na_de_uren-3

Naast de prestaties is het vooral het gemeenschapsgevoel dat Grégory bekoort: artiesten uit de hele wereld komen samen in een gemoedelijke en meertalige omgeving, verenigd door dezelfde passie. "Er zijn technische proeven, maar daarnaast geven de deelnemers ook samen concerten of informele optredens op straat. Ze nemen soms zelfs een nummer op in de studio. Je voelt een ongelooflijke collectieve energie, zonder enige concurrentie", vertelt Grégory.

Vandaag zet hij samen met zijn groep het avontuur voort. Hun rap is uitbundig, zonder beladen boodschap en deels geïmproviseerd op basis van woorden die door het publiek worden ingegeven. Tegelijkertijd werken ze samen met de vzw Jeunesses Musicales de Charleroi Métropole om jongeren in de regio bewust te maken van het belang van muziek en mondelinge expressie.

Ook bij de bank laat Grégory geen gelegenheid voorbijgaan om interne evenementen te animeren. Met de nodige humor – en een flinke dosis alliteraties en assonanties – zet hij gelegenheden zoals een verjaardag of een kantooropening moeiteloos op rijm, een feestelijke sfeer gegarandeerd!

Een hart voor hout 

Jean-Yves Laurent, relatiebeheerder in Brussel, is amper twaalf jaar wanneer hij een meubel in elkaar timmert voor zijn gloednieuwe hifi-installatie. Gezegend met twee rechterhanden maakt hij doorheen de jaren allerhande houten objecten op maat: legplanken, lampen, een tuinhuisje, bedden, speelgoed voor zijn kinderen, enzovoort. “Het is makkelijk, je hebt alleen een zaag, een paar planken, spijkers en lijm nodig”, zegt hij resoluut.

Als autodidact zweert Jean-Yves vooral bij de praktijk en volgde hij slechts een tiental avondlessen in meubelmakerij. De laatste jaren legt hij zich vooral toe op het maken van decoratieve houten voorwerpen om zijn interieur gezellig en uniek te maken. Maar ook in de kantoorruimtes van de bank kan je hedendaagse decoratiestukken van zijn hand vinden. Eikenhout geniet zijn voorkeur: “Het is een warm materiaal, aangenaam om aan te raken, levendig, gemakkelijk te vinden en te bewerken”, aldus Jean-Yves.

_left - nieuwe houtbewerkersfoto
Zijn ideeën? Die vindt hij door op Instagram te scrollen, in woonmagazines te bladeren of rond te kuieren op kunstbeurzen. Zo laat hij zich inspireren, reconstrueert hij of geeft hij een nieuwe draai aan bestaande ideeën. Jean-Yves houdt zich meer bezig met het maken dan met creativiteit, en noemt zichzelf dan ook liever ambachtsman dan kunstenaar. Naast hout heeft Jean-Yves ook nog een andere fascinatie: kinetica. "Beweging fascineert me, ik hou van mobielen. Ik heb in mijn tuin een enorme houten mobiel die voortdurend danst op het ritme van de wind, en een mobiel bestaande uit schietloden die op een hoedenrek zijn bevestigd.”

In zijn atelier thuis, de plek waar hij zich terugtrekt om zijn creaties te ontwerpen, heeft Jean-Yves doorheen de jaren een hele reeks gereedschappen verzameld. "In mijn atelier ben ik geconcentreerd, in mijn eigen wereld, want je moet nauwkeurig en zorgvuldig te werk gaan", legt hij uit. Afgewerkte ontwerpen toont hij steevast aan zijn vrouw – zijn grootste fan – en zijn twee dochters. Als het eindresultaat in de smaak valt, maakt hij ook voor hen nog enkele exemplaren. En zo geeft hij een stukje van zijn wereld mee. 
20251201_Na_de_uren-2

De Stampe smile 

Christian Gubel, backoffice medewerker bij Delen in hoofdkantoor Antwerpen, was zeventien toen hij zijn eerste solovlucht maakte in een zweefvliegtuig. Enkele jaren later werd hij verliefd op de SV-4B. Deze tweedekker werd in de jaren 30 gebouwd door Jean Stampe en Maurice Vertongen, een Antwerps duo dat opleiding gaf aan piloten en nadien besloot om ook zelf vliegtuigen te ontwerpen. “De tweedekker is de basis van de luchtvaart. In theorie geldt: hoe meer vleugels, hoe beter hij vliegt. Natuurlijk zijn er kleine nadelen, zoals de gevoeligheid voor wind. Maar een piloot die zijn vliegtuig kent, is zelfverzekerd genoeg om dat te trotseren”, vertelt Christian.

Gedreven door zijn passie voor mechanica vliegt Christian niet alleen graag een rondje met de iconische SV-4B, hij zorgt ook voor het onderhoud van een van de twintig resterende operationele exemplaren. Daarnaast zet Christian zich in als vrijwilliger bij het Stampe & Vertongen Museum, gelegen op de luchthaven van Antwerpen, vlak bij de historische site van de gelijknamige vliegtuigfabriek. Daar laat hij bezoekers kennismaken met de SV-4B, met toestellen uit de Eerste Wereldoorlog en met Belgische militaire vliegtuigen uit de naoorlogse periode. Het absolute hoogtepunt zijn de luchtdopen, die steevast voor enthousiaste reacties zorgen. “Dat noemen we de Stampe smile”, glimlacht Christian. 

Je moet wel een sterke maag hebben voor deze oude luchtvaartuigen. Het vliegen gebeurt veelal ‘op gevoel’. Geen geavanceerde technologie, maar een directe verbinding met de machine en de elementen. Als vlieginstructeur legt Christian het vaak als volgt uit: “Je moet het vliegtuig en de luchtmassa voelen.”

Christian moet dus heel wat uren trainen voor zijn hobby, zowel in de lucht als op de grond. En dan hebben we het nog niet eens gehad over zijn project om de SV-4B piloten samen te brengen voor formatievluchten tijdens vliegshows. Een hemelse manier om Belgisch erfgoed internationaal in de kijker te zetten, als je het ons vraagt.

20251201_Na_de_uren-1

Triatlon in XXL-formaat

Tijdens de coronacrisis krijgt fondsbeheerder Théodore Dumont de Chassart (kantoor Brussel) een ingeving: hij wil gezonder gaan leven. Théodore, die voordien nooit aan sport deed, legt zichzelf gaandeweg steeds ambitieuzere doelen op: de 20 km door Brussel, een marathon, een sprinttriatlon, daarna een olympische triatlon, om uiteindelijk in 2024 een halve Ironman® te voltooien en afgelopen juni zijn eerste volledige Ironman® in Les Sables d'Olonne.

Die laatste verwezenlijking – 3,8 km zwemmen, 180 km fietsen en 42,2 km lopen – betekende voor Théodore het volgen van een acht maand durend trainingsschema en wel tien sporttrainingen per week. “Ik werkte, sportte, at en sliep met de regelmaat van de klok”, legt hij uit.

Hij leerde ook zijn materiaal en voeding te optimaliseren, want zo’n lange afstand afleggen vraagt doorgaans 10 tot 14 uur inspanning. “Voeding is de vierde discipline van een triatlon. Tijdens een wedstrijd moet je weten wat je moet eten en wanneer. Daarom heb ik meldingen op mijn horloge ingesteld. In het begin is het onvermijdelijk een kwestie van vallen en opstaan”, verduidelijkt hij. 

Met zijn smartwatch verzamelt Théodore een schat aan gegevens om zijn prestaties te verbeteren. Data analyseren en daaruit lessen trekken – een taak die hem ook als fondsbeheerder niet vreemd is – vindt hij geweldig: "Door mijn pasfrequentie te analyseren, heb ik bijvoorbeeld begrepen dat mijn pas te lang was, wat te veel schokken veroorzaakte en daardoor mijn knieën beschadigde. De hartslag is ook een waardevolle indicator: wanneer die daalt tijdens een langdurige inspanning, betekent dit dat het lichaam te weinig suiker heeft.”

En zo bereidt hij zich telkens voor op de grote dag. “Na de nodige organisatie en laatste inspanningen voor de start, kan je beginnen genieten”, aldus Théodore. En wanneer het even moeilijker gaat tijdens de wedstrijd, dan verdeelt hij zijn race mentaal in segmenten. Hij relativeert de resterende inspanning door deze te vergelijken met zijn gebruikelijke trainingsvolume en de uitdagingen die hij al heeft overwonnen. “En als het toch niet lukt? Dan heb ik geen spijt, ik heb alles gegeven en ik begin gewoon opnieuw!”, besluit hij.