Successie- en schenkingsregels

Op naar soepelere successie- en schenkingsregels in Brussel

Voor feitelijk samenwonenden in Brussel zijn er veranderingen op til. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest keurde onlangs een ordonnantie goed die enkele versoepelingen teweegbrengt op het vlak van schenkings- en successierechten.

De nieuwe regels zullen vanaf 1 januari 2024 van kracht zijn. Hieronder belichten we de wijzigingen en delen we enkele belangrijke aandachtspunten.

De huidige regels in een notendop

Feitelijk samenwonen betekent dat u samenwoont met een of meerdere personen (dit kan een partner, familielid of vriend zijn) zonder dat u getrouwd bent of een verklaring van wettelijke samenwoning hebt afgelegd. Elke samenwonende partij blijft – wettelijk gezien – eigenaar van het eigendom dat hij of zij vóór de samenwoning bezat en van het eigendom dat tijdens de samenwoning op zijn of haar eigen naam werd verworven.

In het burgerlijk recht zijn feitelijk samenwonenden geen wettelijk beschermde erfgenamen. Als een van de feitelijk samenwonenden overlijdt, erft de langstlevende niets (tenzij de langstlevende een wettelijke erfgenaam is op grond van een familierelatie, zoals een broer of zus). Als feitelijk samenwonenden elkaar willen beschermen, moeten ze specifieke stappen ondernemen. Dit kan bijvoorbeeld door een schenking te doen, een levensverzekering af te sluiten of een testament op te stellen.

Tot slot genieten feitelijk samenwonenden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest op fiscaal vlak geen verlaagde tarieven. Zij worden niet gelijkgesteld met gehuwden, in tegenstelling tot wettelijk samenwonenden in de drie gewesten en feitelijk samenwonenden in het Vlaamse Gewest. Als de langstlevende feitelijk samenwonende een aandeel in de nalatenschap krijgt, zal hij of zij in de meeste gevallen successierechten moeten betalen tegen het zwaarste tarief, gaande van 40% tot 80% op het deel dat 175.000 euro overschrijdt.

Nieuwe tarieven successie- en schenkingsrechten vanaf 1 januari 2024

Het Brusselse Gewest keurde onlangs bepalingen goed die de fiscale behandeling van feitelijk samenwonenden aanzienlijk verbeteren:

1. Vanaf 1 januari 2024 kunnen feitelijk samenwonenden genieten van hetzelfde tarief dat van toepassing is op gehuwden en wettelijk samenwonenden, zowel wat schenkings- als successierechten betreft. Deze gelijkschakeling is echter onderworpen aan bepaalde voorwaarden:

  • De begunstigde samenwonende moet ten tijde van het overlijden (of de schenking) ten minste een jaar met de overledene (of de schenker) hebben samengewoond;
  • met hem/haar een gemeenschappelijke huishouding1 hebben gevoerd.

De verschillende belastingtarieven per regio vindt u terug in ons artikel Schenk- en erfbelasting – leidraad voor wie samenwoont.

2. Wanneer feitelijk samenwonenden een deel van de gezinswoning erven, kunnen zij bovendien genieten van een voorkeurtarief (zoals dat reeds bestaat voor de kinderen). Om hiervoor in aanmerking te komen, moet men wel minstens 3 jaar feitelijk hebben samengewoond voorafgaand aan het overlijden2.

Goed om weten

Ook op andere vlakken brengt feitelijk samenwonen specifieke implicaties met zich mee:

Aankoop of huur van onroerend goed

Feitelijk samenwonenden die gezamenlijk een hypotheek nemen voor de aankoop van een huis, zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de terugbetaling van de schuld.

Het is wel mogelijk om in de aankoopakte een verklaring van anticipatieve inbreng op te nemen. Deze bepaalt dat het onroerend goed automatisch deel uitmaakt van het gemeenschappelijk vermogen wanneer er een huwelijk volgt.

Wanneer feitelijk samenwonenden een woning huren, kan de verhuurder het volledige huurbedrag enkel eisen van de persoon (de huurder) die het huurcontract heeft ondertekend, tenzij in de huurovereenkomst een clausule is opgenomen die alle huurders hoofdelijk en ondeelbaar aansprakelijk maakt.

Recht op pensioen

Net zoals wettelijk samenwonenden, hebben feitelijk samenwonenden recht op een individueel pensioen, gebaseerd op de duur van hun loopbaan. Ze hebben echter geen recht op een gezinspensioen.

Bij overlijden heeft de langstlevende samenwonende partij evenmin recht op een overlevingspensioen. Dit geldt zowel voor feitelijk als voor wettelijk samenwonenden.

Aangifte personenbelasting

Tot slot moeten feitelijk samenwonenden elk afzonderlijk een persoonlijke belastingaangifte indienen, aangezien zij afzonderlijk worden belast. Dit in tegenstelling tot wettelijk samenwonenden, die een gezamenlijke aangifte moeten indienen en samen worden belast.

Heeft u vragen rond dit artikel? Aarzel dan niet om uw relatiebeheerder te contacteren.

1 Er is sprake van een ‘gemeenschappelijke huishouding’ wanneer elk lid van het huishouden voor de ander zorgt en bijdraagt aan de (niet-)financiële taken die bij een huishouden horen. Volgens de rechtspraak is de zorgcomponent essentieel, moet er rekening worden gehouden met emotionele banden en is het niet vereist dat de bijdragen van de samenwonenden in verhouding staan tot elkaars inkomen.

2 Ook bij de overdracht van familiale ondernemingen en vennootschappen dienen feitelijk samenwonenden minstens 3 jaar samen te wonen en een gemeenschappelijke huishouding te voeren om te kunnen genieten van het voorkeurtarief.