Een overzicht van het zomerakkoord

Redactiedatum: 20 december 2017

In principe wordt vanaf 1 januari 2018 de taks op effectenrekeningen (0,15%) ingevoerd voor natuurlijke personen wiens aandeel in één of meerdere effectenrekeningen een waarde heeft van minstens 500.000 euro. In een eerdere nieuwsbrief bespraken we deze nieuwe taks in detail. Ook al worden de teksten omtrent de taks op effectenrekeningen wellicht pas finaal goedgekeurd in de eerste weken van 2018, toch geven we u graag een overzicht van de belangrijkste wijzigingen.

Nominatiefstelling van aandelen

De regering heeft beslist dat alle omzettingen van aandelen op een effectenrekening naar aandelen op naam die vanaf 9 december 2017 gebeurden, toch nog voor één jaar onder de effectentaks zullen vallen. Deze nieuwe antimisbruikbepaling moet verzekeren dat de geraamde opbrengst van de taks van circa 250 miljoen euro niet wordt mislopen.

Voor de aandelen die nominatief werden gezet vanaf 9 december 2017 zal er geen mogelijkheid bestaan voor de bank om de taks in te houden aan de bron. De titularis(sen) zijn dan ook zelf gehouden om aangifte te doen en de taks te betalen (indien van toepassing).

De antimisbruikbepaling geldt zowel voor beursgenoteerde aandelen als voor aandelen in privévennootschappen die op rekening staan of stonden.

Berekening van de taks: “fotomomenten” en referentieperiodes

Het grensbedrag van 500.000 euro per persoon wordt berekend op basis van het gemiddelde van vier waarden genomen op vier referentietijdstippen (31 december, 31 maart, 30 juni, 30 september). De referentieperiode loopt normaal gezien van 1 oktober tot 30 september. Voor het jaar 2018 zullen er, in afwijking van de algemene regel, slechts drie referentiepunten zijn (31 maart, 30 juni, 30 september).

Op deze tijdstippen wordt telkens een ‘foto’ genomen van de waarde die het aandeel van een persoon in de effectenrekening(en) vertegenwoordig(t)(en) op die dag. Indien deze waarde over de 4 fotomomenten gemiddeld 500.000 euro of meer bedraagt, zal de taks verschuldigd zijn. De bank bekijkt de waarde voor elke natuurlijke persoon op geconsolideerde basis, dus over zijn verschillende rekeningen heen.

Naast de vooraf bepaalde fotomomenten, kunnen er nog extra fotomomenten plaatsvinden. Deze fotomomenten betekenen soms ook het einde van de referentieperiode, waardoor de taks dadelijk verschuldigd zal zijn. Dit is onder meer het geval wanneer een rekening wordt geopend of afgesloten en wanneer een titularis op de rekening wordt toegevoegd of geschrapt.

Rekeningen in vruchtgebruik/blote eigendom en onverdeeldheden

Om te bepalen of een persoon de effectentaks al dan niet verschuldigd is, wordt gekeken naar het aandeel van de persoon in kwestie in elke rekening waarvan hij (mede)titularis is. Dit aandeel wordt vastgesteld door de totale waarde van de effecten te delen door het aantal titularissen. Voor rekeningen die worden aangehouden in vruchtgebruik of blote eigendom geldt nu dat zowel vruchtgebruikers als naakte eigenaars ook gewoon als titularis worden beschouwd (Op het moment van de publicatie van de vorige nieuwswbrief werd algemeen aangenomen dat de waarde van de effecten volledig bij de vruchtgebruiker moest worden gevoegd).

Voorbeeld:

  • De effecten op rekening vertegenwoordigen een waarde van 2.400.000 euro.
  • De rekening wordt aangehouden door 3 blote eigenaars en 1 vruchtgebruiker.
  • Hoe zal de bank de taks berekenen?
    2.400.000 euro / 4 = 600.000 euro per persoon
  • De bank is verplicht om 0,15% in te houden op 2.400.000 euro ( 4 keer 0,15% op 600.000 euro)

De waarde van het vruchtgebruik (zoals berekend in functie van de leeftijd van de vruchtgebruiker) stemt meestal niet overeen met deze forfaitaire waardering en kan lager of hoger zijn. Daarom bestaat de mogelijkheid om teruggave te vorderen van de teveel betaalde taks op basis van de werkelijke waarde van het vruchtgebruik. Dit zal dan wel aanleiding geven tot een corresponderende verhoging van de in aanmerking te nemen waarde bij de andere titularissen.

Hetzelfde geldt voor rekeningen in onverdeeldheid. Ook daar zal de bank de totale waarde delen door het aantal titularissen om het aandeel van elke titularis te bepalen. Indien het werkelijk aandeel van een bepaalde titularis lager is dan deze forfaitaire waardering kan een deel van de taks worden teruggevorderd mits aanpassing in meer van de waarde bij de andere titularis(sen).

Rekening van echtgenoten

Voor de inhouding van de taks kan de bank louter kijken naar de personen op wiens naam de rekening staat. Wat betreft rekeningen van echtgenoten die onder het wettelijk stelsel zijn getrouwd, kan dit tot ongewenste effecten leiden aangezien de effecten de facto gemeenschappelijk kunnen zijn, ook al staat de rekening slechts op naam van één echtgenoot. Het kan in dat geval nuttig zijn een titularis op de rekening toe te voegen, met name wanneer de totale waarde van de effectenportefeuilles tussen 500.000 euro en 1.000.000 euro ligt. Let wel op dat de toevoeging van een titularis wordt aanzien als een extra “fotomoment”. Is dit scenario voor u van toepassing, dan doet u er goed aan om voor het einde van het jaar actie te ondernemen.

Het is ook hier steeds mogelijk om de teveel betaalde effectentaks achteraf terug te vorderen op basis van het werkelijke aandeel van iedere echtgenoot op rekening. Maar wellicht verkiest u deze administratieve last te vermijden door preventief in te grijpen.